Hoe neemt de Kunstwerkcommissie een besluit?

De Kunstwerkcommissie zal allereerst jouw activiteit of jouw zogenaamde kernactiviteit(en) onderzoeken. Verderop in deze handleiding zullen wij jou toelichten hoe je jouw activiteit of activiteiten moet indienen op het moment dat je jouw aanvraag online doet.  

Een kernactiviteit is een activiteit die inkomsten heeft gegenereerd, bijvoorbeeld een vergoeding, auteursrechten of een geldprijs. Dit zal uitdrukkelijk worden geformuleerd in de hierna vermelde 2de stap.   

De Commissie zal dus voor iedere kernactiviteit onderzoeken of je het volgende vermeldt:

  • of deze zich binnen een van de door de wet limitatief opgelijste kunstendomeinen afspeelt;  
  • of het wel degelijk gaat om een artistieke, artistiek-technische of artistiek-ondersteunende activiteit;  
  • of je met deze activiteit een bijdrage levert die noodzakelijk is voor een artistieke creatie of uitvoering.

Zodra een kernactiviteit door de Commissie als artistiek wordt beschouwd, zal zij de inkomsten die deze activiteit heeft gegenereerd in aanmerking nemen. 

Het gaat om de volgende inkomsten:  

1° ontvangen beroepsinkomen. Het gaat over beroepsinkomsten in de fiscale betekenis van het woord. Het betreft bijvoorbeeld beroepsinkomsten uit optredens, publieke toonmomenten, filmopnames, enz.;  

2° inkomsten uit auteursrechten of naburige rechten op artistiek werk dat je zelf hebt gemaakt of uitgevoerd; 

3° prijzengeld toegekend als vergoeding voor artistieke activiteiten.  

 

De Commissie zal dan 2 principes toepassen:  

  • inkomsten lager dan 1.000 euro bruto aan kernactiviteiten die als artistiek worden beschouwd gedurende de periode van 2 jaar voorafgaand aan de aanvraag => geen professionele praktijk;
    Deze regel geldt voor alle aanvragen. Als je aanvraag dus niet aantoont dat je een inkomen van minstens 1.000 euro hebt ontvangen uit artistieke kernactiviteiten tijdens de periode van 2 jaar voorafgaand aan de aanvraag, betekent dit dat je geen professionele praktijk hebt en dus niet in aanmerking komt voor het gewoon kunstwerkattest of het kunstwerkattest "plus". 
  • inkomsten lager dan 65.400 euro bruto aan kernactiviteiten die als artistiek worden beschouwd gedurende de periode van 5 jaar voorafgaand aan de aanvraag => vermoeden van professionele praktijk

  

Wanneer de inkomsten uit jouw kernactiviteiten die als artistiek worden beschouwd tussen de 1.000 euro en 65.400 euro bruto liggen gedurende de periode van 5 jaar voorafgaand aan de aanvraag => de Commissie zal ook de inkomsten en/of de professionele tijdsinvestering onderzoeken uit de zogenaamde “randactiviteiten”. Dat is de volgende stap.  

Wanneer de inkomsten uit jouw kernactiviteiten die als artistiek worden beschouwd zich tussen 1.000 euro en 65.400 euro bruto bevinden gedurende de periode van 5 jaar voorafgaand aan jouw aanvraag zal de Commissie moeten vaststellen dat je het volgende aannemelijk hebt gemaakt:   

  • dat je met de inkomsten uit jouw kern- en randactiviteiten in een deel van jouw eigen levensonderhoud kan voorzien; 
  • dat de kern- en randactiviteiten samen een aanzienlijk deel van jouw professionele tijdsinvestering uitmaken.

Hier is wel degelijk sprake van aannemelijk maken en niet van aantonen. Dit vloeit voort uit het feit dat de tijdsinvestering veel moeilijker kan worden bewezen.
Indien dit het geval is, zal de Commissie jouw praktijk als professioneel beschouwen.

 

De randactiviteiten worden exhaustief opgelijst door de reglementering.  Het gaat om:

  1. vergoedingen die niet als beroepsinkomen worden beschouwd, ongeacht de vorm of de benaming van deze vergoedingen;
  2. de gevolgde opleidingen en vormingen, binnen de domeinen van de kunsten;
  3. de gegeven opleidingen en vormingen binnen de domeinen van de kunsten;
  4. deelname aan de Kunstwerkcommissie of cultuurcommissies van de deelgebieden;
  5. onzichtbaar werk, voor zover u daarvan bewijs kon leveren. Onzichtbaar werk is werk dat wordt uitgevoerd in het kader van jouw artistieke praktijk, maar niet wordt vergoed en dus in die zin “onzichtbaar” is. Onzichtbaar werk moet dus kunnen worden aangetoond om in aanmerking te worden genomen. 

Ofwel wordt jouw artistieke praktijk als professioneel beschouwd, dan kom je in aanmerking voor het gewoon kunstwerkattest. 

De Commissie zal nog analyseren of je aan de voorwaarden voldoet voor de toekenning van het kunstwerkattest “plus”. Het gaat om een bijkomende voorwaarde inzake inkomsten uit kernactiviteiten: 

Voor de aanvraag van het eerste kunstwerkattest: 

  • 13.546 euro bruto gedurende de periode van 5 jaar voorafgaand aan de aanvraag OF;
  • 5.418 euro bruto gedurende de periode van 2 jaar voorafgaand aan de aanvraag.  

 
Voor de aanvraag van elk daaropvolgend kunstwerkattest:

  • 4.515 euro bruto gedurende de periode van 5 jaar voorafgaand aan de aanvraag OF;
  • 2.709 euro bruto gedurende de periode van 3 jaar voorafgaand aan de aanvraag.

 

Indien je aan deze bijkomende voorwaarde voldoet, kom je in aanmerking voor het kunstwerkattest “plus”.

Opmerking: Indien je een periode van inactiviteit hebt aangegeven en daartoe bewijs hebt verschaft, zullen de vereiste inkomensdrempels geproratiseerd worden tijdens de beoordeling van het professionele karakter van jouw praktijk. Ze zullen eveneens geproratiseerd worden bij het controleren van jouw bijkomende inkomsten in verband met het attest “plus”, in voorkomend geval.

 

Ofwel wordt jouw artistieke praktijk niet als professioneel beschouwd, in een eerste stap, dan zal de Commissie onderzoeken of je in aanmerking komt voor het attest “starter”. 

Indien je niet voldoet aan de voorwaarden voor een kunstwerkattest “plus” zal de Commissie onderzoeken of je voldoet aan de voorwaarden voor het bekomen van een attest “starter”. Dit laatste gebeurt enkel indien je nog nooit een kunstwerkattest hebt gehad.

Om in aanmerking te komen voor een kunstwerkattest “starter” moeten de volgende specifieke voorwaarden worden vervuld:

een diploma verworven hebben in het hoger voltijds kunstonderwijs of beschikken over een gelijkwaardige opleiding of werkervaring in een of meerdere van de bij de wet bedoelde kunstendomeinen.
Buitenlandse diploma’s worden in aanmerking genomen op voorwaarde dat zij in België worden erkend. 

over minstens één van de volgende documenten beschikken: 

  • bewijs van deelname aan een vormingstraject waarin je wordt begeleid om een loopbaan-, financieel of ondernemingsplan te ontwikkelen; 
  • bewijs van deelname aan een opleidingsonderdeel binnen het hoger onderwijs waarbij je voor jezelf een loopbaan-, financieel of ondernemingsplan ontwikkelt; 
  • een zelf uitgewerkt loopbaan-, financieel of ondernemingsplan met een realistisch plan om tijdens de duurtijd van het  kunstwerkattest “starter” een professionele praktijk in de kunsten uit te bouwen. 

 

Voor zover wij weten kunnen de volgende instellingen je helpen bij het opstellen van een loopbaan-, financieel of ondernemingsplan. 
In sommige artistieke opleidingen maakt het uitwerken van dergelijk plan deel uit van de opleidingsdoelstellingen.

 

Nederlandstalig :

  

Francophone : 

  

bewijs leveren dat je binnen de periode van drie jaar voorafgaand aan de aanvraag het volgende hebt gedaan: 

  • ofwel minstens vijf prestaties uitgeoefend; 
  • ofwel 300 euro bruto inkomsten verworven in het kader van de zogenaamde kernactiviteiten.

Via onze online dienst zal je worden verzocht specifieke vragen te beantwoorden, enkel indien je nooit een kunstwerkattest hebt gehad. 

Aangezien de vijf prestaties of de 300 euro inkomsten betrekking moeten hebben op kernactiviteiten, moet je ten minste één kernactiviteit toevoegen aan je aanvraag voor een kunstwerkattest, zelfs wanneer je nog maar net begonnen bent met jouw artistieke praktijk. Je moet dus minstens één kernactiviteit toevoegen, met vermelding van het bedrag aan inkomsten dat je hieruit hebt ontvangen en de tijd die je eraan hebt besteed. Je hoeft het gedeelte "Onzichtbaar werk" echter niet in te vullen als dit niet op jou van toepassing is.

Wanneer aan deze cumulatieve voorwaarden is voldaan, kom je in aanmerking voor het kunstwerkattest starter.

Dit attest “starter” kan slechts één keer worden afgeleverd. 

Wanneer minstens aan één van deze voorwaarden niet is voldaan, ontvang je een negatieve beslissing.